Tags
Ik bladerde door mijn eigen verhalen, mijn teksten en gedichten op papier. Rode map in de kast, waar ik amper meer in keek. Ik las van scherven en van dromen, van onrustig zoeken en van boosheid. Soms sarcastisch, vleugje humor. Soms wat bars, maar teder tegelijk.
Gevoel van schaamte overheerste. Zelfs nu wil ik schaven aan zinnen, het is nooit goed genoeg. De diepere inhoud deed me vooral mijn hoofd buigen, ik veegde zelfs een traantje weg. Emoties om woorden, die ik persoonlijk aan papier heb toevertrouwd. Tijdlijn aan verhalen.
Ik schreef om mijn gevoelens een plek te geven. Niet om te delen, al gebeurde dat soms wel. Bedekte woorden, zinnen waar de inhoud diep verborgen was. Wie het lezen wilde, moest me kennen. Anders was het enkel maar een goed lopend en ritmisch verhaal.
Schrijven om te schreeuwen, zonder je stem te verheffen. Te huilen zonder tranen, te twijfelen zonder de veroordeling en de afwijzing. Volg je me nog?
Toen ik zo in die map bladerde en niet enkel keek naar ritme en rijmdwang, zag ik ineens mijn eigen kwetsbaarheid. Meer dan dat. Ik zag mijn zoektocht: linksaf, rechtsaf, kris kras door de jaren heen. Ik zag de eenzaamheid en het onbegrip,maar ook de vriendschap om mij heen. Ik zag de trouw van mensen, maar juist ook de trouw van God. Ik las het in de gebroken zinnen en vooral in het geheel.
Waar ik toen zo naar gezocht heb, is er altijd al geweest. Nooit losgelaten. Losse bladen, vellen papier die ik vol schreef, maar het voelt steeds meer als een dictee.
Daar ben ik zo door geraakt, dat ik niet goed weet hoe ik daar woorden aan geef!